Moorman techniek

Er is een dunne ketting van naaigaren of 16/2 katoen om de patroondraden te binden. Verder is er een dikkere wollen ketting, die een basisweefsel in linnenbinding vormt. De dunne ketting moet eigenlijk onzichtbaar zijn, daarom is ze ook zo dun. Het geeft het mooiste resultaat om deze dunne kettingdraden in dezelfde kleur te nemen als de kettingdraden van het basisweefsel.
Behalve twee soorten kettingdraden gebruikt men ook twee soorten inslagdraden. De inslagdraden voor het basisweefsel moeten net zo dik zijn als de kettingdraden van het basisweefsel. De kleur van deze inslagdraden is meestal het zelfde als die van de kettingdraden. Het tweede soort inslaggaren kan zeer variabel zijn, zowel van structuur tot kleur is alles mogelijk. Voor een transparant effect is dun garen zeer geschikt. Ook een gedeeltelijke combinatie van dik met dun geeft aparte effecten.